Erik-Brenda-Jelle-Mees.reismee.nl

Fietsen door het drukke Chinatown.

Ja, je leest het goed, wij hebben gefietst door het drukke Chinatown van Bangkok, maar daarover later meer...

Als je je in Bangkok wilt verplaatsen is er een hele betaalbare en handige manier: niet de tuk-tuk maar de meter-taxi. De meter-taxi zet je niet af, maar zet de meter aan. Een meter-taxi brengt je waar je wezen wilt, i.p.v. naar plekken waar de chauffeur van de tuk-tuk wezen wil (winkels waar hij commissie krijgt e.d.). Een meter-taxi doet zijn werk, en daar maken wij dankbaar gebruik van.

Gisteren (maandag) zijn we naar Dursit Park gegaan. Daar staat Vimanmek Mansion. Dat is het grootste teakhouten gebouw ter wereld dat zonder het gebruik van spijkers gemaakt is. En indrukwekkend is het. We moeten met een verplichte rondleiding mee en kijken onze ogen uit. Het is een combinatie tussen oost en west: er staan allemaal antieke westerse meubels in, maar het gevoel is wel heel oosters. Het is toch weer heel anders dan alle andere paleizen die we van binnen gezien hebben.

Om het paleis heen ligt een groot part met bijgebouwen. In die bijgebouwen zitten allemaal kleine musea. Soms heeft het wat te maken met de oorspronkelijke bestemming. Zo is er een museumpje over de witte olifanten van de koning in de olifantenstallen. In de troonzaal, die echt adembenemend mooi is, zijn originele handwerk spulletjes te zien.

´s Middags gaan we de markt van Koh San Road op. Voor degene die nog nooit in Bangkok geweest zijn: de meest drukke straat vol met backpackers, restaurantjes, en heel veel winkeltjes die van alles verkopen. We komen er wel al heel snel achter dat als je souvenirs wilt (boeddha, olifantje e.d.) dat je dan beter in Chaing Mai kunt zijn. Maar hier hebben ze leuke T-shirts, slippers in alle kleuren van de regenboog, leuke sierraden en nog veel meer. Wat mooie spulletjes rijker en wat centjes lichter komen we van de markt af.

Vandaag moesten we er heel vroeg uit. Vandaag gaan we met een fietstocht mee: de fietstocht van Co van Kessel. Hij woont al meer dan 30 jaar in Bangkok en organiseert fietstochten. Je fietst dan in een groep van maximaal 12 mensen met twee gidsen door de stad. En we kunnen je zeggen: dat was geweldig!

We beginnen in een groot hotel (om 7.00 in de ochtend!!!) in Chinatown. In de parkeergarage staan een hele rij met fietsen en als we er één gevonden hebben gaan we op weg. Je denkt eerst: Waar kunnen we heen in dit verkeer? Maar het antwoord is snel gegeven. We duiken meteen een kleine steeg in en daar blijven we door fietsen. In die stegen gaat het leven zoals het echte leven gaat in Thailand. Alles, maar dan ook écht alles staat uitgestald op straat. We rijden dan ook dwars door restaurantjes, winkels, huiskamers en reparatie werkplaatsen. Soms gaan we zelf door steegjes waar de fiets maar net doorheen kan. Het leuke is dat de mensen je allemaal met een glimlach aankijken. Als je dan ook nog Sawadee Ka (hallo) roept, vinden ze het helemaal geweldig. Als ze daarna Jelle achterop zien zitten roepen ze massaal tegen elkaar: ooh, baby!!! Als ze de kans krijgen aaien ze hem eventjes over zijn hoofd, arm of been.

Daarna stappen we op een longtail-boot en varen we door de klongs (grachten) van Bangkok. We zien hoe de huizen op palen langs de kanten van de klongs zijn gebouwd en hoe het leven daar al in volle gang is. Hoe langer we varen, hoe groener het wordt. Je gelooft bijna niet dat we nog in Bangkok zijn. Als we uit de boot stappen fietsen we opeens door plantages heen (ja, nog steeds in Bangkok). De mensen die hier wonen zijn boeren en verbouwen hier hun oogst. We fietsen op een betonnen pad van 1 meter breed op palen, met daaronder .... water! Ja, dan moet je inderdaad even opletten. Maar het is ongelofelijk dat dit in Bangkok bestaat: geen getoeter, uitlaatgassen en herrie. Wel: rust, vogels en mooie bomen en planten.

We komen weer een beetje in de bewoonde wereld en we eten bij een restaurantje op palen langs het water. Vanaf daar varen we weer een heel stuk terug en hoeven we nog maar een klein stukje te fietsen terug naar het begin punt. Er is alleen wel een groot verschil: de rest van Bangkok is ook wakker geworden en het is ongelofelijk druk geworden. In de straatjes waar we vanochtend fietste en helemaal leeg waren, staat het nu helemaal vol met auto's en tulk-tuk's. We laveren ons er doorheen en het is eigenlijk best wel leuk.

Als we terug komen bij het hotel is het tijd voor een tukje voor ons allemaal. Wat was dit leuk!

Groetjes,

Erik, Brenda & Jelle

Visje , visje in het water.

Zaterdag was het tijd voor een boottochtje. Als je op Koh Chang bent 'mag je dat niet missen'. Nou, dat is wel waar gebleken: het wat een prachtige dag met heel veel mooie vissen en mooie eilandjes.

We rijden met Nathan, Sam en Amber mee (zij wonen tijdelijk in Bangkok en zijn met de auto) naar de plek waar de boot ligt. We zouden op opgehaald kunnen worden, maar dan zitten we zeker 1½ uur opgevouwen achterin een sorng-taa-ou. Dat is dit wel wat prettiger.

Na bijna 2 uur varen komen we aan op de eerste snorkel plek en gaat Brenda het water in. Jelle is het daar in de eerste instantie niet zo mee eens, maar vind het daarna gelukkig wel grappig: als die zwemmende mensen. Zeker als je bedenkt dat het merendeel een reddingsvest aan doet tijdens het snorkelen, en Brenda dan vervolgens vreemd aankijken als ze zo vanaf de boot het water in springt (zij nemen namelijk tergend langzaam één voor één het trappetje). Later komen we erachter waarom: zij kunnen niet zwemmen! De enige die zwemvesten aan doen zijn Aziaten.

De onderwater wereld is heel erg mooi. Er zijn heel veel zebravisjes, maar ook grote scholen trompet vissen, maanvissen, zwarte nemo-visjes, zeekatten, koralen, zee-egels, anemonen en nog heel veel andere mooie dingen die we niet allemaal van naam weten. Het uurtje is dan ook zo voorbij.

Daarna gaan we naar een strandje. Om daar te komen moet je door het water heen zwemmen. Gelukkig zijn er ook kleine reddingsvestjes, dus we hijsen Jelle en Amber erin en zwemmen naar het mooie witte strandje met palmbomen. Jelle en Amber spelen lekker in het zand en we genieten van het mooie weer.

Als we weer terug zijn op de boot merkt Brenda op dat het voor de anderen op de boot wel eens lastig zou kunnen zijn om in te schatten wel kind nu bij wie hoort: regelmatig gaan Jelle bij Nathan of Sam zitten, en Amber bij ons. Meteen daarna komt een Nederlandse vrouw even bij ons babbelen. Ze ziet Erik met Amber op de arm en zegt meteen: 'Hebben jullie ook nog een meisje???' Nou, ja, heel even wel ja. We noemen het nu inmiddels swapping kids en we moeten er zelf wel erg om lachen.

Dan is het weer tijd voor een uurtje snorkelen. Erik wil liever niet snorkelen, dus gaat Brenda weer. Natuurlijk is het weer prachtig onder water. Maar boven water is ook genoeg te zien: vanaf de boot worden er stukjes brood in het water gegooid en daar komen de zebravisjes met veel op af. Jelle vind al die vissen wel erg leuk.

Het laatste eiland is met een steiger te bereiken en is er één in de categorie 'bounty eiland'. Mooi wit stand, palmbomen en hutjes met hangmatten en wiegen in de wind. Je kunt er dus ook verblijven, alleen moet je dan wel tussen 15.00 en 16.00 een dutje doen: dan kopen alle snorkeltripjes een uurtje het strand bezetten.

Als we terug komen in het hotel gaan we snel eten: we zijn uitgehongerd. En we gaan daarna snel slapen. Het wat een leuke maar vermoeiende dag.

Vandaag (zondag) hebben we Amber Sands verlaten, en dat was wel een beetje jammer. Het was zo'n heerlijk plekje (dat zullen jullie met ons eens zijn als je de foto's hebt bekeken) en de drukte van Bangkok valt dan weer een beetje tegen. Hier geen mooie grote vlinders die de hele dag langs fladderen en in slaap vallen op het geluid van krekels, kikkers en gekko's.

Maar we gaan hier in Bangkok nog wel een paar leuke dingen doen, dus we gaan nog even genieten van de laatste paar dagen in Thailand.

Groetjes,

Erik, Brenda & Jelle

Ko Chang op de motorbike.

De afgelopen twee dagen hebben we een motorbike gehuurd. Dat zijn hier scootertjes met net wat meer vermogen dan de brommers in Nederland.

We hebben ernaar gezocht, maar op het eiland kunnen we geen motorbike met kinderzitje huren, dus besluiten we op zijn Thais te gaan: met zijn drieën op de motorbike met Jelle tussen ons in. We wisten niet hoe Jelle daarop zou regeren, maar daar zouden we snel genoeg achter komen.

Na de eerste kilometertjes hadden we het al gouw door: dit is de manier om je te verplaatsen op Koh Chang. Jelle vind het helemaal geweldig en kijkt regelmatig met glunderende ogen omhoog. Hij doet zelfs regelmatig een tukje op de motorbike: hij valt gewoon in slaap.

Koh Chang heeft een rondweg langs de kust die nog niet helemaal af is: alleen het zuidelijkste stukje mist nog. Zo rondweg is best handig: je kunt nooit verdwalen. We hebben dus het hele eiland op deze manier kunnen bekijken en dat vonden we heel erg leuk. Wij zitten aan de oost kant van het eiland en aan onze kant zijn er maar weinig hotels. Wel wat dorpjes en mooie natuur. De west kant van het eiland is helemaal ontwikkeld, maar vooral het noordelijkste gedeelte is een gekkenhuis. Toen we daar doorheen reden werden we heel erg blij dat wij bij Amber Sands zitten en niet daar. Hoe meer zuidelijker je komt, des te rustiger het wordt en hoe mooier de weg wordt. De weg loopt door de jungle en de natuur om ons heen is overweldigend. De weg is op sommige stukjes wel steil en ons motorbike-je moet soms wel heel hard werken om ons alle drie naar boven te krijgen, maar het gaan prima. Ook heeft Erik het helemaal naar zijn zin terwijl hij ons over het hele eiland stuurt. De afgelopen twee dagen is het weer ook erg mooi: bijna geen regen en een zonnetje.

Morgen gaan we de onderwater wereld van Koh Chang bekijken. Samen met een Zuid Afrikaans gezin dat ook in Amber Sands verblijft gaan we op een boottocht: snorkelen, zwemmen, barbecueën en mooie eilandjes in de buurt. We hopen dat het weer zulk mooi weer zal zijn. Jelle en Amber, hun dochtertje van 3, zijn al goede vriendjes. We merken dat Jelle het weer erg leuk vind een speel kamaraatje te hebben.

Ohh, ja, we voegen nog wat foto's toe. Die zijn helemaal niet om jullie jaloers te maken, hoor.........

Groetjes,

Erik, Brenda & Jelle

Rust, beetje regen en ... olifanten!

Weer hebben we het belooft: we gaan het even rustig aan doen. Maar dat lukte in de eerste instantie weer niet.

Toen we gisteren wakker werden was het bewolkt en miezerde het wat. Geen weer om bij het zwembad te hangen dus. We overlegde met Julian (de Zuid-Afrikaanse eigenaar van Amber Sands) wat we zouden kunnen doen. Dus om 10.30 zaten we nog in het restaurant en om 11.00 sprongen we in het water om de olifanten te wassen! Deze olifanten trip begon namelijk met het 'swiming with elephants', en dan bedoelen ze dus ook echt Zwemmen. Daar hadden wij niet helemaal rekening mee gehouden, dus we hadden (in tegenstelling tot de anderen) geen zwemkleding aan. Maar dit maak je maar één keer mee, dus Brenda dacht: gewoon maar erin gaan. En dat deden we: met kleren en al! Jelle vond het wel een beetje vreemd dat we onze kleren nog aan hadden, maar vond het wel weer heel erg leuk om olifanten te zien. Dus na de eerste 'help, ik ben nat'-schok vond hij het helemaal geweldig. Na Brenda en Jelle was Erik aan de beurt. Jelle ging lekker nog een keertje: toen hij eruit was ging hij weer meteen bij de waterkant staan en riep 'keer, keer, keer'. Dus Jelle mocht nog een keer.

Met een nat pak en een volgezogen luier lopen we weer terug naar het olifanten kamp en daar maken we ook een ritje op de rug van de olifant. De vorige keer vonden we dit al heel erg leuk, maar nu was het echt geweldig. De rit duurde minstens een uur en dit keer gaan we echt dwars door de jungle heen. Eest bergopwaarts, daarna heel steil naar beneden. Het is ongelofelijk dat deze enorme beesten dat kunnen zonder uit te glijden of zelfs maar geluid te maken. Olifanten zijn echt verrassend geruisloos.

Het laatste half uur is de rit wat vlakker en gaan we door beekjes heen. Maar het hoogtepunt was dat Brenda op de nek van de olifant mocht gaan zitten. De maout liep erachter aan en roep bevelen naar de olifant en Brenda maar lekker zitten. Dat was echt ongelofelijk leuk en een belevenis om nooit te vergeten. Jelle zit ook nu weer de hele weg te glunderen en als Brenda voorop zit roept hij elke keer 'kijk, mama'.

Aan het einde van de rit mogen we onze olifant banaatjes voeren en nu krijgt Jelle er ook lol in. Hij wil elke keer nieuwe banaantjes om te geven en als ze op zijn vind hij dat even niet leuk. Hij vind onze olifant zo lief dat die een kusje op de slurf krijgt. Dit tot grote hilariteit van de maouts, die schateren het uit boven op de olifanten.

We komen terug met een heel goed gevoel: dit was het leukste wat we gedaan hebben op deze vakantie.

Vandaag is het weer 's ochtends beter en doen we het wel rustig aan. We lopen op het strand en vinden mooie schelpjes en koraal. Daarna gaan we lekker zwemmen en spelen bij het zwembad. Jelle is nu zo gewent aan deze omgeving dat hij precies weet waar hij wel en niet mag komen en zo lekker zijn eigen gangetje kan gaan.

's Middags begint het helaas behoorlijk te regenen, maar het restaurant is lekker ruim, dus gaan we daar zitten en kan Jelle lekker spelen. Aan het einde van de middag is het weer droog en duiken we het zwembad weer in. Ja, het is heel hard werken hier...

Groetjes,

Erik, Brenda & Jelle

Pak-je-Boeddhistisch-beeld-in-dag.

We zijn na twee reisdagen aangekomen in Koh Chang: olifant eiland. En het is hier heeeerlijk. We zitten in Amber Sands: een klein hotel met 7 bungalows om een zwembad heen aan het strand. Het is hier heerlijk rustig. Niet alle bungalows zitten vol en overdag waren we de enige die in het zwembad rond spetterde. Jelle heeft het hier ook al naar zijn zin: er zijn hier honden en een kat die hij mag aaien en hij mag lekker rondlopen (ook zijn de frietjes erg lekker, dat helpt).

Maar eerst nog even terug naar zaterdag in Ayutthaya:

We hadden en fietsen nog een dagje, dus we daar hebben we flink gebruikt van gemaakt. Helaas bleek toen we wilde vertrekken dat de fiets van Erik een lekke band had. Meteen werd het fietsverhuur bedrijf gebeld: 10 minuten later stond er een mannetje met een nieuwe fiets. Even het zitje overzetten, en weg waren. We zijn eerst naar Wat Phanan Choeng. Dat is een tempel die nog heel actief in gebruik is en ook een Chinees gedeelte heeft. We moeten weer met de pond over om er te komen. Gelukkig blijft het deze keer wel droog. In de tempel is het een drukte van belang. Er is een ritueel aan de gang. Boeddhisten bieden een 19 meter hoge zittende gouden Boeddha lange gele sjaals aan. De sjaals worden in de schoot van Boeddha geworpen en door een tempel medewerker aan de sjerp van het Boeddha beeld vast gemaakt. De sjaals worden dan om de Boeddha heen geslagen en weer doorgetrokken. Daarna worden de uiteinden het gelovige publiek in geworden die ze uitspreiden en eronder gaan zitten als in een vreemd soort tentje. De sjaals worden dan weer binnen gehaald en het ritueel begint weer van voor af aan. Na navraag blijkt dat ze dit elke dag doen, maar wij vonden het toch wel erg leuk om het meegemaakt te hebben.

In deze tempel wordt er ook veel goud geofferd: flinterdunne velletjes goud worden op beelden gewreven. Als dit maar vaak genoeg gebeurt kleurt op een gegeven moment het hele beeld goud.

Daarna fietsen we door naar Wat Yai Chai Mongkhon. Daar is ook een ritueel aan de gang (dit keer geen één die elke dag gebeurt). Daar worden gele sjaals geofferd en om de stoepa heen gewonden. He bijzondere van deze tempel is dat de rijen Boeddha beelden die altijd in een vierkant om de stoepa heen staan nog helemaal in tact zijn: als enige in Ayutthaya. Het levert mooie plaatjes op.

We fietsen weer een behoorlijk stuk (ja, we maken vandaag kilometers) naar de floting market die hier in de weekenden gehouden wordt. Wij dachten dat het een markt vanaf bootjes zou zijn, maar het blijkt een markt op palen met vooral eetgelegenheden. We eten wat lekkere hapjes en kijken daarna naar een Thaise dans voorstelling. Dit worden in het midden van het meer gegeven op plateaus die net onder het wateroppervlak liggen. De dans beeld een verhaal uit. Naar wat wij begrijpen komt het hierop neer: koning en koningin sturen zoons de weide wereld in, ene prins speels fluit en laat andere slapen. Prins wordt ontvoerd door grote sterke vrouw(!?!). Andere prins gaat hem zoeken. Prins wordt bevrijd door mooie vrouw, en adapteren samen een heel dik jongetje. Mooie vrouw blijkt gemeen en wordt weggejaagd door zeemeermin. Zeemeermin en Prins fieselefoselen in het lotusbloemen water. Andere prins komt verheven terug. Koning en Koningin zijn blij met terugkomst van hun zoons....... Het is maar dat je het weet. Jelle vind het allemaal heel interessant en heeft zijn ogen op steeltjes staan.

We fietsen nu een heel stuk naar de Olifanten Kraal. Dat is de plek waar nu de olifanten van Ayutthaya leven, maar waar vroeger de olifanten verzameld en gekeurd werden door de koning om door het uitgekozen te worden als zijn persoonlijke vervoer. Het originele gebouw staat er nog en daarachter wonen nu de olifanten waarop je in de stad een ritje kunt maken, maar ook je bejaarde olifanten en de moeders met baby's. Jelle is onderweg naar de Olifanten Kraal achter op de fiets in slaap gevallen, en dat is best een prestatie als je het zitje ziet. Maar zodra hij de olifanten ziet is hij weer één en al aandacht. De baby olifanten lopen hier los, en zij kennen nu eigen klacht niet. Dit betekend dat het voor een klein jongetje als Jelle best gevaarlijk kan zijn. Daarom moeten we Jelle de hele tijd optillen, maar dan mag hij de babyolifanten wel even aaien. Ook mogen we de moeders voeren. Inmiddels wil Jelle nu wel het eten loslaten. Op zondag verlaten we Ayuttaya. Achteraf hadden we nog wel veel meer kunnen bekijken, maar dat wisten wij gewoonweg niet. De twee zussen die het guesthouse runnen weten ons zo veel te vertellen, en zo veel tips te geven dat je elke dat weer leuke nieuwe dingen kunt gaan zien. Op het roze bord aan de weg staat 'backpackers price, five star service', en dat is niet gelogen: ze doen enorm hun best voor je en geen vraag is te gek.

We vertrekken met de trein naar Bangkok en zitten 3e klas. Kosten: 15 Bath (= 0,38 euro). Duur: 2 uur. Je voelt hem al: harde bankjes, met zijn drieën op een rij. En wij doen er lekker aan mee. Het is wel een belevenis: geen airco, maar open ramen en venters die allerlei lekkernijen onder weg komen aanbieden. Als de conducteur langs komt neemt hij meteen Jelle op schoot en speelt hij met Jelle een spelletje op zijn mobieltje. Aan aandacht weer niet tekort op deze rit.

In Bangkok hebben we een hotel in Banglampu. Dat is waar alle backpackers zitten. We hebben een zwembad op het dak en gaan lekker zwemmen. 's Avonds lopen we nog even over Ko San Road en komen erachter dat de souvenirs hier veel duurder zijn dat in Chiang Mai. Dus hier een tip: als je toch in Chiang Mai bent, koop dat alles dat je wilt. In Bangkok ben je het dubbele kwijt (echt waar). We kopen nog wel een leuk t-shirt met een olifant voor Jelle. Dit is wel de enige plek waar ze dit in zijn maat verkopen.

De komende dagen gaan we het (écht) rustig aan doen. We willen wel graag nog een keer op de olifant en misschien gaan we snorkelen. Het eten is hier ook heerlijk, dus het gaat helemaal goed komen met ons.

Groetjes,

Erik, Brenda & Jelle

Hiep, hiep, hoera!!! Jelle 2 Jaar.

We zijn inmiddels aangekomen in Ayutthaya en ons kleine man is twee jaar geworden. We hebben het natuurlijk thuis al uitgebreid gevierd, maar we staat er hier wel even bij stil.

Op woensdag zijn wel nog een dagje met ose saam-lor mannetje weg gegaan. Hij kwam ons bij het ontbijt al even opzoeken en Jelle was meteen helemaal enthousiast: nog een dag met zijn grote vriend mee! We gaan naar Wat Tawet. In de tuin van deze tempel staat het leven van Boeddha uitgebeeld in beelden. We zien o.a. de Boeddha die zit te mediteren onder de boom en daar verleid wordt door maagden (gestuurd door zijn vijand) en een liggende Boeddha die zijn opperste verlichting bereikt heeft. Ook is er een gedeelte dat staat voor 'de hel' met uitgemergelde mens-figuren met dierenhoofden. Ook staan er veel beelden van dieren: olifanten, tijgers, ossen, hanen enz. Jelle bekijkt vooral deze heel uitgebreid.

Daarna gaan we naar een tempel die heel invloedrijk is omdat daar een belangrijke monnik leeft. De tempel zelf is niet zo veel aan, maar er is een museum bij die vol staat met giften. Dit zijn giften van gewone mensen die iets belangrijks hebben meegemaakt en zo Boeddha bedanken. Als we buiten komen staat de organisator van het museum ons op te wachten, en wat blijkt: wij zijn de eerste echte bezoekers! We moeten het gastenboek tekenen en op de foto. We zijn benieuwd hoeveel mensen na ons de foto van ons, eerste bezoekers, zullen bekijken.

Omdat het nu behoorlijk begint te regenen, gaan we terug naar het guesthouse. We doen het de rest van de middag lekker rustig aan.

Gisteren(donderdag) zijn we met de bus (na een reis van bijna 7 uur) aangekomen in Ayutthaya. We verblijven in Promtong Mansion en we werden echt geweldig onthaald. Binnen 5 seconden waren we Jelle al kwijt: die was met een jonge dame van het guesthouse mee om de kijken naar de vissen in het zoutwater aquarium ('fisje, fisje'). Toen wij 's avonds b beneden in de patio zaten kwamen de eigenaresse Jeeda en haar dochter ons meteen te hulp om ons te helpen met onze plannen voor de komende dagen. Met de tips die zij ons gaven denken we dat we weer een hoop leuke dingen gaan zien. Ze gaan zelfs meteen rondbellen om een fiets met kinderzitje voor ons te regelen.

Vandaag staat er een fiets met een kinderzitje voor ons klaar en kunnen we eropuit. We moeten wel wat aanpassingkjes maken: een spanbandje om ervoor te zorgen dat Jelle niet uit het zitje kan klimmen en veters uit Brenda's bergschoenen zorgen ervoor dat de voeten op de stepjes blijven zitten (en niet tussen de spaken).

We bezoeken eerst de tempels die 'op het eiland' liggen. Ayutthaya heeft een centrum dat omringt is door een samenkomst van drie rivieren en dat noemen ze hier het eiland. Daarna gaan we het eiland af en bezoeken we daar tempels. Het leuke is dat je dan ook meteen weer tussen de rijstvelden en huizen op palen heen rijd. Ook hier was tijdens het fietsen Jelle weer een grote bezienswaardigheid.

De tempels hier zijn verwoest door de Birmesen toen ze Ayutthaya innamen, maar je kunt nog wel een behoorlijk beeld krijgen van hoe het er ooit uitgezien moet hebben: het is echt behoorlijk indrukwekkend. De ene tempel is nog indrukwekkender dan de andere en we genieten van de dag.

Voor het eerst begint Jelle echt genoeg te krijgen van alle aandacht die hij krijgt, maar vandaag was het dan ook wel extreem. Er waren voor Thaise toeristen bij de tempels (schoolreisjes maar ook volwassenen) en die wilden allemaal iets van Jelle: in zijn arm knijpen, in zijn wang knijpen (soms heel hard!), hem optillen, kusjes krijgen en op de foto zetten. Jelle had er echt genoeg van en opeens hebben we een peuter pubertje te pakken: slaan, schreeuwen en vooral niet luisteren. Ja, het is echt zo: hij is twee en hij zegt NEE. Nu hoeft hij van ons niet al die Thai van dienst te zijn, tenzij hij het zelf wil, maar door het dwingende gedag van vandaag luistert hij ook niet meer naar ons. Daar zijn wij dan weer niet zo blij mee. De touwtjes moeten dus weer even van strakker aan. Vanaf nu besluiten we ook hem op te tillen als we zo'n kudde over enthousiaste mensen in het viezer krijgen. Dan zal Jelle zich minder bedreigt voelen.

Voor we bijna terug zijn bij het guesthouse moeten we de rivier over steken. Dit kan met een klein pondje: een houten bootje met een propeller motor aan een lange stok. Als wij met fietsen en al samen met een monnik in dat bootje staan, breekt er een flinke regenbui los en zijn we voor we aan de overkant zijn doorweekt. De monnik helpt ons de fietsen aan de kade te krijgen en we hijsen ons in de poncho's. Niet dat het erg veel nut meer had, maar toch. Ondertussen vind Jelle het allemaal heel erg amusant: vanuit zijn fietsstoeltje zit hij te schateren van het lachen. Hij vond het niet zo'n probleem om nat regenen.

Omdat Jelle vandaag jarig is, krijgt hij zijn favoriete kostje te eten: loempia's! Hij had die middag niet zo veel gegeten omdat het zo warm was, dus de loempia's werden met veel enthousiasme ontvangen.

Morgen zijn we ook nog in Ayutthaya en is er een floting market. Daar gaan we op de fiets naar toe. De dames van het hotel hadden nog meer tips, dus ik denk dat het morgen weer een volle maar leuke dag zal worden.

Groetje,

Erik, Brenda & Jelle

Geld als water verdienen…

In het afgelopen bericht zeiden we dat we het rustig aan wilden doen op zondag. Nou dat hebben we geprobeerd, maar dat is niet helemaal gelukt.

De dierentuin van Chiang Mai is groot, heel erg groot. En dan bedoel ik kilometers groot... We hadden bij de ingang wel een treintje gezien, maar als echte Hollanders gaan wij natuurlijk lekker lopen. Halverwege (toen we al een heel aantal kilometertjes op weg waren) zijn we toch maar in het treintje gestapt.

De Chiang Mai Zoo zit in een stuk jungle waarin paden en verblijven zijn gebouwd. Sommige verblijven zijn wel een beetje treurig, maar daarentegen zijn er al heel veel verblijven verbouwd naar westerse standaarden. Er is ook een heel groot aquarium waar Diergaarde Blijdorp jaloers op zou zijn. Jelle vond het aquarium geweldig en liep van bak naar bak heel hard 'fisje, fisje' roepend. De roggen mag je op bepaalde tijden ook voeren. Toen wij daar aankwamen was die tijd al voorbij, maar omdat Jelle zo'n schattig jongetje is, mochten wij ook nog even. Je moet het voer tussen je vingers houden en dan komen de roggen naar je toe en slurpen het voer op. Het voelt een beetje als een kusje. Jelle liet alleen elke keer als de rog kwam zijn voer vallen om de rog te aaien.Verder hebben we ook nog olifanten gevoerd en geaaid en heel lang naar de gibbons gekeken.

We zijn op weg naar de dierentuin voor het eerst in een tuk tuk geweest (voor ons was het niet de eerste keer, maar voor Jelle wel). Jelle vond het vanaf het eerste moment helemaal leuk: hij zat schaterlachend tussen ons in en weer werden we aan alle kanten nagewezen. Hij vond de tuk tuk zo leuk dat hij daarna achter het stuur ging zitten om zelf inde 'oto' (zoals hij ze noemt) te rijden.

Op zondag avond is er in Chiang Mai Sunday Walking Street. Elke zondag middag wordt de hoofstraat van de oude binnenstad afgesloten voor verkeer en is er een markt met vanalles en nog eens wat. De stalletjes kunnen bestaan uit een echt marktkraam, maar ook uit een kleedje op de grond. Het maakt allemaal niet uit. Natuurlijk souvenirs, maar ook dingen voor de Thai zelf, want die komen er namelijk ook. De ruimte om de tempels heen word helemaal opgevuld door eetstalletjes. Voor je neus worden dan de meest heerlijke gerechten gemaakt op een gasstelletje.

Wij hebben de markt afgestruind met Jelle in de buggy. Die viel op een gegeven moment in slaap, wat er weer in resulteerde dat heel veel Tai vertederd over zijn wangetje streken en hem op de foto zetten.

Ook kun je op de markt geld als water verdienen. Volg het volgende recept en je kunt rijk worden.

Men neme:

  • - Een Boeddha beeld op een tafel met een opvangbak eronder.
  • - Een tweede tafel met zilveren (lees zilverkleurige) bekertjes en een emmer water.
  • - Boeddhisten die graag hun karma willen verbeteren.

Zo gaat het in zijn werk: Verkoop aan de boeddhist een bekertje water. Zij gieten het bekertje water leeg over de Boeddha heen. Haal het water weer uit de opvangbak. Klaar!

Als dit niet snel verdiend is, weet ik het niet meer.

Gisteren zijn we met de bus naar Sukhothai gegaan. Dat ging eigenlijk heel gemakkelijk: naar het bus station, kaartje kopen, instappen en gaan. We hebben voor Jelle ook een zitplaats gekocht, maar dat bleek achteraf niet zo handig. De stoelen waren heel glad en er zitten geen riemen in, dus moest Jelle toch de hele weg op schoot. Dat ging eigenlijk prima, maar na 5 uur had hij (en wij) het wel gezien. Gelukkig waren we er een half uur later.

Het hotel waar we nu in zitten heeft hele leuke huisjes, een gezellig restaurant en een zwembad. Dat laatste ziet er een beetje troebel uit, dus dat doen we maar niet. Er zit wel een pierenbadje bij dat wel schoon is, dus daar mag Jelle in.

Vandaag (dinsdag) zijn we naar de plek gegaan waar we voor kwamen: de oude stad. Sukhothai was in de 17de eeuw de hoofdstad van het koninkrijk Sukhothai. Het was in die tijd een hele belangrijke stad en de overblijfselen van de tempels kun je nog steeds bekijken.

We huren voor 450 Bath een saam-lor. Dat is ook een soort tuk tuk, maar dan met een motortje achter een bakje waar je in kunt zitten. Jelle kan met kinderwagen en al zo het bakje in en wij zitten dan op de zijbankjes. Dat is wel zo veilig aangezien Jelle niet echt stil wil zitten in zo'n ding en dat wel moet. Onze chauffeur spreekt goed Engels en brengt ons naar alle mooie tempels. En mooi zijn ze. Het doet ons denken aan Agkor Wat is Cambodja. Het is een groot parkachtig gebied met her en der overblijfselen van een tempel.

Een tempel bestaat in Thailand uit minstens twee dingen: een stoepa en een wihan. Een stoepa is een kleine berg in de vorm van een bel. Hij staat voor de stabiliteit van het boeddhisme. Veel stoepa zouden een stukje (bot bijvoorbeeld) van de historische Boeddha bezitten. Een wihan is een grote ruimte waar de belangrijkste Boeddha beelden in staan.

We zien een hele boel tempels, die allemaal hun eigen verhaal hebben, maar daar gaan we jullie niet mee vervelen. Het was echt de moeite waard om ze allemaal te bekijken. In één tempel staat er zelfs een Boeddha van 12 meter hoog. Het is allemaal wel erg indrukwekkend. Daarnaast is ons saam-lor mannetje erg aardig en hele grote vrienden met Jelle. Waardoor we bij elke tempel waar we uitstappen meteen een babysit hebben. Ook neemt hij ook nog een stukje een mooie landelijke route tussen mooie rijstvelden door.

Hier zagen we nog een actie is de categorie 'geld als water verdienen'. In de tempel kun je een zakje kopen met daarin een schildpad, vissen, aalen, slakken, enz. Je voelt hem al komen: als je als Boeddhist je karma wil verbeteren koop je een zakje en gun je de dieren hun vrijheid. Onze saam-lor man gelooft er niet in en als ik hem vraag: 'gaan ze zo de dieren weer vangen, of komen ze uit zichzelf terug naar hun baasje', moet hij erg lachen.

Als we vanavond even naar de 7-eleven lopen om dat drinken en lekkers te kopen, komen we op een open ruimte vlak bij het hotel een avondmarkt tegen. Het is echt een markt voor Thai en ze kijken dan ook hun ogen uit als wij de markt over lopen. We kopen er gebakken deel balletjes met suiker: een soort appelflappen zonder appel. Ze waren heel erg lekker. Er waren ook minder lekkere hapjes te koop: maar die laat ik wel zie ook de foto's....

Vanavond komt hier de regen met bakken uit de lucht. We hopen dat het morgen weer droog is. Morgen gaan we met ons saam-lor mannetje een ritje maken over het platte land en door dorpjes heen. We zijn benieuwd.

Groetjes,

Erik, Brenda & Jelle

Take picture? 200 Bath, please.....

Als je de titel leest denk je: ha, die ken ik! Als je een foto van iemand neemt (bij voorkeur van iemand in mooie klederdracht) dan betekent dat flappen tappen. Dat is wel waar, maar nu gaan we ervoor zorgen dat het in ons voordeel werkt.

Als je in Thailand bent met een kind, kom je nooit aandacht te kort. Als je dat ook nog zo'n schatje als Jelle hebt, gaat de Thai echt los. Overal wordt hij geaaid, geknuffeld, opgetild en mag hij werkelijk bijna alles. Wil Jelle door de keuken lopen: loop maar mee.... Wil Jelle vissen bekijken die achter de balie staan: geen probleem. Wil Jelle een hondje aaien: er wordt een hond tevoorschijn gehaald die 'aai vriendelijk' is. Wil Jelle in de tempel op de gong staan: hier is de stok. Wil Jelle tijdens de lunch niet opeten wat door mama met een vork wordt aangeboden: er komt zomaar ergens een koekje tevoorschijn. Dit alles wordt dan ook meteen vastgelegd op diverse mobieltjes en fototoestellen.

Als dit alles gaande is en wij er dan op gepaste afstand bij staan (wij zijn namelijk alleen interessant als er vragen over leeftijd en naam beantwoord moeten worden), staan wij te overleggen wat we ervoor zullen vragen. We hebben het volgende bedacht: als we dit echt gaan innen, komen we rijker terug dan dat we heen gingen!

Jelle's arm aaien = 100 Bath

Jelle's wang aaien = 200 Bath

Jelle op de foto = 200 Bath

Jelle knuffelen = 500 Bath

Jelle optillen = 500 Bath

Jelle die een handkusje geeft = 1000 bath

Opa's en oma's: voor jullie gemoedsrust, dit is natuurlijk wel een grapje!

Op vrijdag hebben we een fietstocht gemaakt ten zuiden van Chiang Mai. We werden opgehaald met een sorng-taa-ou. Dat is een pick-up truck met opbouw waar twee bankjes in zitten. Ze worden gebruikt voor openbaarvervoer, maar ook om toeristen in te vervoeren van en naar tripjes. Verder op stonden de fietsen klaar met een zitje voor Jelle achterop de fiets van Erik.

Eerst fietsen we nog een kwartier de stad uit en daarna is het heerlijk rustig en fietsen we echt op het platte land en door kleine dorpjes heen. Ook hier is Jelle weer een echte attractie: túk-túk, moto-bikes en sorng-taa-ou wijken uit om ons in te halen, en houden vervolgens in om Jelle even te bekijken.

Onderweg bekijken we tempels, een leprozen kolonie, een werkplaats van Oxfam-Novib en overblijfselen van tempels en een oude stad die hier gestaan heeft voordat Chiang Mai (betekent letterlijk Nieuwe Stad) gesticht werd. Dit gebied is namelijk gevoelig voor overstromingen, dus hebben ze eigenlijk de hele stad verhuisd.

Vandaag hebben we een dagtrip gedaan met een minibus. En het was geweldig: we hebben op olifanten gereden! We gingen met zijn drieën op één olifant en zaten in een soort zitje. Jelle vond het vanaf het begin helemaal geweldig en wij ook. Je hebt pas door hoe groot zo'n beest is als je erop zit. We hobbelen ongeveer 45 minuten door de jungle en maken onderweg een stop om de olifant bananen te voeren. De olifant weet inmiddels al lang wat er komen gaat en pakt met zijn slurf achterover de banaantjes maar al te graag aan. In het begin vind Jelle het een beetje eng, maar daarna kan hij er geen genoeg van krijgen. Aan het einde mogen we op het platform blijven staan en mogen we de olifanten aaien. De huid van een olifant is heel ruw een leerachtig en er zitten zwarte haren op. We snappen nu wel waar de uitdrukking 'een olifanten huid hebben' vandaan komt. Eigenlijk hadden we nog wel een uurtje met de olifant verder gewild, maar we moesten door L.

We moesten namelijk door naar een bamboevlot. In de rivier liggen allemaal vlotten gemaakt van bamboe en daarmee kun je een stukje de rivier afzakken. Jelle kreeg een zwemvest om, wij niet.... Gelukkig ging het allemaal op een slakkengangetje en ging alles goed.

Daarna gingen we door naar een olifantenkamp. Daar vangen ze olifanten die vroeger gewerkt hebben op en worden ook nieuwe olifanten geboren om de soort in stand te houden. Ook daar mochten we weer olifanten aaien en eten geven (dat laatste wel tegen betaling, natuurlijk). Ook doen ze daar een olifanten show. Nu hoeft dat voor ons niet zo, maar het is daar ook de manier om de jonge olifanten te trainen. Je kunt er ook olifanten ritjes maken, maar die gaan alleen maar een kort rondje over het terrein. Tijdens het wachten op de show wordt er muziek gedraaid. Jelle begint, zoals altijd, te dansen. Dit blijft hij doen, waardoor de mensen van het kamp dus elke keer het liedje opnieuw opzetten. Op een gegeven moment komt er een grote toergroep binnen en is Jelle plots het voorprogramma van de show. Iedereen zit te lachen, foto's te maken met mee te dansen. Jelle laat het allemaal maar gebeuren, haalt zijn schouders op en komt ons maar weer eens opzoeken. Als de show begint is het natuurlijk Jelle die uit het publiek gekozen wordt om de bloemen van de olifant aan te pakken en die de hoed van de maout (de olifanten bestuurder) op mag: de olifant zet hem dan op je hooft. Maar dat ging Jelle net iets te ver, dus dat mocht papa doen.

Verder hebben we vandaag nog een ritje met een ossenkar (beetje kort, maar wel leuk) gemaakt en een orchideeën en vlindertuin bezocht (heel erg mooi).

Na het avontuur van vandaag doen we het morgen rustiger aan: misschien gaan we naar de dierentuin en lekker zwemmen in het zwembad. Inmiddels durft Jelle al zelf het zwembad in te springen (aan het handje, dat wel).

Groetjes,

Erik, Brenda & Jelle